Botermalse kippenreepjes maak je zo
Ken je het gevoel? In een wokgerecht bij je favoriete Aziatische restaurant smaken de kippenreepjes altijd super mals, maar als je er zelf aan de slag mee gaat, is het eindresultaat vaak helemaal anders. Je kip is droog, uitgebakken of rubberachtig. Wij verklappen je het trucje om ook thuis je kippenreepjes botermals te krijgen.
Het geheime ingrediënt om je kip mals te maken is maiszetmeel. Vóór het bakken even je reepjes hierin wentelen zal al zorgen voor een veel malser resultaat. Probleem is dat de kippenreepjes hierdoor vrij snel aan je pan kunnen kleven.
Dé methode is daarom ‘velveting’. Als je weet dat velvet in het Engels net zoveel als fluweel betekent, weet je ook meteen hoe je kip na deze behandeling zal smaken!
Hiervoor heb je één eiwit nodig, één eetlepel rijstazijn, één lepel olie, een snuif zout en uiteraard één lepel maiszetmeel. Deze ingrediënten mogen samen met de kippenreepjes een half uurtje rusten in de ijskast.
Na dit half uur marineren doe je de kip in een ketel kokend water. Zorg ervoor dat het water slechts zachtjes pruttelt; het is eerder de bedoeling dat de kip pocheert in plaats van echt door te koken. Roer af en toe even in het water om ervoor te zorgen dat de reepjes niet gaan plakken.
Na een tweetal minuutjes pocheren mag de kip uit het water; het handigste is om hiervoor een schuimspaan te gebruiken. Laat de kip nog even uitlekken in een vergiet of op een bordje met keukenpapier.
Nu heb je de perfecte reepjes om te verwerken in een wokgerecht; even verder aanbakken in wat olie met sojasaus en je kip smaakt net zoals bij je favoriete Aziatische restaurant!
(Tekst: Jolien Reggers)