Niets beter tegen de winterblues dan een lekkere portie ‘comfort food’, nietwaar? En dan hebben we het niet over een ongezonde fastfood maaltijd, maar wel over een bord gevuld met het lekkerste wat de natuur te bieden heeft, seizoensgroenten dus.
Het hoeft niet te verbazen dat het lijstje van meest voorkomende seizoensgroenten in januari veel kolen en knollen bevat. Dit zijn de toppers: knolselder, pastinaak, prei, rode biet, savooikool, schorseneren, spruiten, witte kool en witloof. Het zijn stuk voor stuk heerlijke groenten en het was dus niet evident om drie recepten te selecteren.
Kabeljauw met schorseneren
750 g kabeljauwfilet met vel
500 g schorseneren
20 g pijnboompitten
3 dl groentebouillon
25 g boter
1 citroen
4 tenen look
zout
1 dl (light)room
olijfolie
Schil de schorseneren en snijd in stukken van ca. 6 cm. Was en bewaar de stukken in citroenwater. Snijd in dunne reepjes en bak kort in olijfolie. Bevochtig met 1dl groentebouillon en laat beetgaar koken. Bind het kookvocht met een beetje boter.
Rooster de pijnboompitten in de pan zonder vetstof en strooi er een beetje zout overheen. Laat afkoelen en hak in grove stukken.
Pel de look en laat 15 minuutjes koken in licht gezouten water. Breng 2 dl groentebouillon aan de kook, voeg de look en de room toe en laat opkoken. Mix de bouillon en bind met boter. Mix nogmaals met de staafmixer tot je een mooi schuim krijgt.
Verdeel de visfilets in 4 porties. Bak kort in verhitte olie, en laat nog 5 minuten garen.
Schik de schorseneren in het midden van een warm bord. Plaats er de kabeljauw met het vel naar boven op. Besprenkel met de nootjes en de saus.
Ovenschotel met aardappel, witte kool en gehakt
500 g bloemige aardappelen
600 g gemengd gehakt
1/4 witte kool
120 g boter (waarvan 80 g voor de saus)
4,5 dl melk
80 g bloem
80 g gemalen kaas (60 g voor de saus)
3 el broodkruim
nootmuskaat
peper en zout
Bak het gehakt op matig vuur en laat uitlekken in een zeef. Kook de geschilde aardappelen gezouten water. Giet af en pureer. Voeg 40 g boter en 1,5 dl melk toe. Breng op smaak met nootmuskaat, peper en zout.
Snijd de kool in fijne reepjes en kook gaar in gezouten water. Giet de kool af en spoel onder koud water.
Smelt 80 g boter in een pannetje en voeg geleidelijk 80 g bloem toe. Laat kort drogen op een matig vuur, voeg de overige 3 dl melk toe en laat enkele minuten doorkoken. Voeg 60 g kaas toe en breng op smaak met peper en zout.
Doe het gehakt in een ovenschotel, leg de kool erover, daarna de puree en overgiet met de kaassaus. Strooi er de rest van de kaas en het broodkruim over. Laat gedurende 20 à 30 minuten bruinen in een voorverwarmde oven van 180°C.
Pizza met ham en spruiten
100 g spruitjes
1 teentje knoflook
1 takje tijm
4 plakjes gedroogde ham
80 g geitenkaas
80 g mascarpone
50 g oude brokkelkaas
chilivlokken
peper en zout
olijfolie
1 pizzadeeg
Verwarm de oven voor op 220°C Spoel en kuis de spruitjes en snijd in dunne plakjes. Meng met de chilivlokken, een snuifje zout en 1 eetlepel olijfolie.
Rasp de oude kaas of brokkel in kleine stukjes. Pel en pers de knoflook fijn.
Meng de knoflook met tijmblaadjes, mascarpone en geitenkaas. Kruid met peper en zout.
Besmeer het pizzadeeg met de kaasmengeling, beleg met de spruitjes en bestrooi met de oude kaas.
Zet 10 à 15 minuten in de oven. Garneer met ham.